Foto: symbiot/Shutterstock
Op 28 maart vindt er een stemming plaats in het Europees Parlement over een nieuw wetvoorstel voor de antiwitwaswet. De beleidmakers in het Europees Parlement lijken het eens te zijn geworden over deze wet. De Europese Unie wil namelijk voorkomen dat criminelen de antiwitwasregels via cryptocurrencies omzeilen. Al langere tijd houdt het Europees Parlement zich bezig met de cryptomarkt en mogelijke wetgeving.
Limieten op transacties en bezorgdheid over DeFi-innovatie
Een deel van het wetsvoorstel gaat over een beoogd limiet op transacties als de eigenaar van de crypto wallet niet volledig geïdentificeerd is. Een vorige beoogde verandering van de antiwitwaswet was om crypto strenger te reguleren door alleen maar transacties van cryptodiensten te accepteren als zij een licentie bij de Europese Unie hebben. Dit zou dan wel alleen gelden bij transacties boven de €1000.
De cryptowereld is bezorgd dat de regels omtrent regulatie zullen zorgen voor belemmeringen in onder andere de innovatie van DeFi. In de laatste variant van het wetsvoorstel zijn contante transacties, dus met fysiek geld, zonder toestemming toegestaan tot een bedrag van €7000. De grens telt niet voor betalingen tussen personen, maar wel voor zaken als onroerend goed, luxegoederen of storting bij een financiële instelling. Deze betalingen vallen onder ‘commerciële betalingen’.
Stemmingen voor wetsvoorstel in de Europese Unie
Europarlementariërs hebben bij dit wetsvoorstel een mandaat voor de Europese Commissie toegevoegd om de mogelijkheid te geven om de wetgeving voor commerciële betalingen in drie jaar aan te passen. Dit hebben zij gedaan met het idee om in de toekomst in lijn te blijven met de regulatieplannen, zoals met de (mogelijke) komst van een digitale identiteit in de Europese Unie.
Naar verwachting zal het wetsvoorstel worden goedgekeurd. Als dat inderdaad lukt, kunnen de interinstitutionele onderhandelingen plaatsvinden. Interinstitionele onderhandelingen zijn onderhandelingen tussen de Europese Commissie, de Raad van Ministers (de regeringen van de 27 lidstaten van de Europese Unie) en het Europees Parlement.