Foto: Shutterstock/Marc Bruxelle
Anthony Scaramucci, de oprichter van SkyBridge Capital, liet zich gisteren in een artikel op CNN Business positief uit over bitcoin (BTC). De Wall Street-investeerder en tevens voormalig communicatiedirecteur van het Witte Huis legt aan lezers uit waarom hij denkt dat de crypto nog flink in waarde kan stijgen.
Scaramucci samen met zijn collega Brett Messing beginnen het artikel met te stellen dat bitcoin “unieke en uitgesproken risico’s” heeft. Zo ziet de bitcoin koers veel volatiliteit maar kan een investeerder ook zijn private keys kwijtraken en daarmee al zijn bitcoins. De situatie is echter aan het veranderen. Dit komt volgens de twee voornamelijk door duidelijkere wetgeving en nieuwe diensten voor grotere investeerders.
“Kortom, bitcoin is volwassen geworden – hoewel het zich nog in een vroege adoptiefase bevindt, biedt het nu aanzienlijke langetermijnwaarde,” aldus Scaramucci en Messing.
Investeerders zouden nu echter een andere zorg hebben dan hoge volatiliteit of het kwijtraken van private keys. Zo draait de geldprinter bij veel centrale banken overuren en neemt de kans op inflatie daarmee flink toe. Velen hebben echter wellicht het idee dat ze de boot gemist hebben aangezien de prijs van bitcoin nu zo hoog is. Dit hoeft echter niet zo te zijn, leggen de twee uit aan de hand van Amazon aandelen:
“Amazon is een van de meest waardevolle bedrijven ter wereld. In elk van de eerste 12 jaar van Amazon was de high prijs van het aandeel gemiddeld meer dan het dubbele van de openingsprijs. Maar de investeringen in Amazon in de afgelopen 12 jaar zijn zeer winstgevend gebleven.”
Bitcoin heeft nu een belangrijk punt bereikt. Er is nu namelijk een robuuste infrastructuur die een brede adoptie kan ondersteunen. Ten slotte maken de twee de vergelijking tussen goud en bitcoin, en stellen dat bitcoin beter is dan goud omdat:
“Je altijd meer goud kan delven. Bitcoin is uniek onder de activa als de eerste opslag van waarde ter wereld waar het aanbod volledig onaangetast wordt door de toegenomen vraag.”