Candlestick-patronen zijn een belangrijk onderdeel in het landschap van technische analyse (TA). Volgens analisten voorspellen bepaalde combinaties van prijsactie tot op zekere hoogte de toekomstige richting van een koers. Zoals besproken in de uitleg over de basis van technische analyse, is het principe van candlestick charts hoogstwaarschijnlijk ontwikkeld door Munehisa Homma, een Japanse rijsthandelaar uit de 18e eeuw. Steve Nison, een Amerikaanse auteur en investeerder heeft met zijn boek Japanese Candlestick Charts het concept van candlestick charts met bijbehorende patronen in de westerse wereld op de kaart gezet. Voor die tijd bestond de westerse vorm van technische analyse vooral uit moving averages en verschillende momentum-indicatoren (hoewel die eigenlijk wat later kwamen).
Candlestick-patronen zijn enkel het resultaat van prijsactie en dus niet van volume. Het gaat dus enkel om de vorm van een candle en/of combinatie van vormen, en zoals we inmiddels weten bestaat een candle uit een opening price, closing price, high en een low en geeft een candle zelf geen informatie over het volume van de betreffende tijdsperiode. Echter, speelt volume wel een belangrijke rol bij het valideren of invalideren van een patroon, wanneer deze ontstaat en/of uitbreekt.
Er zijn letterlijk tal van patronen gedocumenteerd maar hoofdzakelijk kunnen we patronen in twee groepen onderscheiden: continuation patterns (voortgang-patronen) en reversal patterns (trendomkeer-patronen). De namen zeggen het eigenlijk al: continuation patterns geven vaak aan dat een bepaalde trend nog steeds intact is en naar verwachting verder zal gaan. Reversal patterns zijn vaak een voorbode dat een bepaalde trend op het punt staat om te keren: van bullish naar bearish, of juist andersom.
Vandaag gaan we ons richten op de veelgebruikte triangles en wedges, en dan om precies te zijn op de volgende patronen:
- Rising/Falling wedge (reversal pattern)
- Symmetrical triangle (continuation pattern)
- Ascending/Descending triangle (continuation pattern)
Wedges
Een wedge is een prijs-patroon van twee convergerende trendlijnen op een candlestick chart. De trendlijnen komen tot stand door respectievelijk de highs of de lows van candles met elkaar te verbinden. Over het algemeen omslaan de trendlijnen tussen de 10-50 periodes (bars). De trendlijnen tonen aan dat de highs (bij een rising wedge) hoger treden of de lows (bij een falling wedge) lager vallen, terwijl beide trendlijnen naarmate de tijd vordert naar elkaar toe bewegen (convergeren). Een wedge wordt gezien als een zogenaamd trend reversal patroon, wat inhoudt dat dit patroon vaak een indicator is die aangeeft dat de trend van een asset op het punt staat om te draaien. Een wedge bestaat uit hoofdzakelijk drie factoren:
- Convergerende trendlijnen
- Afnemend volume naarmate de wedge zich vormt en de trendlijnen convergeren
- Een break-out door een van de trendlijnen
Er zijn twee soorten wedges: de rising wedge (bearish) en de falling wedge (bullish).
Rising wedge
Een rising wedge komt voornamelijk voor wanneer de prijs van een asset al een tijdje een stijgende lijn heeft gekend (bullish trend) en de prijs-actie van de asset ‘moe’ begint te worden. Echter kan een rising wedge ook voorkomen wanneer de langere trend van een asset neerwaarts is (bearish trend), maar kortstondig een opleving kent.
Afbeelding 1: Rising wedge
In bovenstaande afbeelding is een rising wedge getekend. De getekende trendlijnen helpen een trader om te anticiperen op een potentiële break-out. Hoewel de prijs uiteraard naar beide kanten kan uitbreken is het gebruikelijk dat de koers in de tegenovergestelde richting van de richting van de trendlijnen breekt. In het geval van een break-out is het ook belangrijk om een toename in het volume te zien.
Falling wedge
Een falling wedge is exact het tegenovergestelde van een rising wedge en komt vaak voor nadat de koers van een asset al geruime tijd een neerwaartse trend heeft getoond (bearish trend) of wanneer de koers een tijdelijke retrace maakt in een opwaartse trend (bullish trend).
In het geval van de falling wedge (afbeelding 2) worden, net als bij de rising wedge, de trendlijnen getrokken over de highs en de lows van de candles. In dit geval is echter de richting van de trendlijnen neerwaarts en vind een validatie van het patroon plaats indien de koers in tegenovergestelde richting (naar boven) uitbreekt.
Afbeelding 2: Falling wedge
Wedges traden
Er zijn verschillende manieren om een wedge te traden. De conventionele manier is om de break-out van de trendlijn in tegenovergestelde richting te traden. Bij een rising wedge houdt dit in dat je een trade opent (short-positie) indien de koers door de onderste trendlijn breekt en bij een falling wedge betekent dit dat je een trade (long-positie) opent indien de koers door de bovenste trendlijn breekt. Een eventuele stop kun je net boven de onderste trendlijn plaatsen bij een rising wedge of net onder de bovenste trendlijn bij een falling wedge.
Mocht je agressiever zijn dan zijn er ook traders die een long-positie openen op de onderste trendlijn bij een falling wedge met een stop net onder die trendlijn of een short-positie openen op de bovenste trendlijn bij een rising wedge met een stop net daarboven. Het voordeel is dat je op deze manier een mogelijk betere entry hebt en dat je een strakke stop-loss kunt plaatsen. Het nadeel is dat je nog geen bewijs hebt dat de wedge-formatie echt in play is en dat het ook mogelijk is dat de wedge-formatie nog even doorzet waardoor je vroegtijdig wordt uitgestopt.
Wedge-formaties bieden geen specifiek target-niveau voor het closen van een trade, maar persoonlijk gebruik ik daarvoor dichtbij liggende support- en weerstandsniveaus. Naast het openen van trades kunnen wedge-formaties ook een inzichtelijke basis bieden voor wanneer een positie (long of short) dient te worden afgesloten en winsten kunnen worden genomen.
Triangles
Zoals in de introductie al werd beschreven zijn triangles zogenaamde continuation patterns. Deze drie patronen (symmetrical, ascending of descending) vormen zich dan ook horizontaal op een candlestick chart. In het begin van een triangle- (driehoek) formatie is het patroon altijd op haar breedst en vervolgens zal de koers van de onderliggende asset traden tot de punt in de formatie. De formatie van een triangle laat zien dat de markt haar interesse verliest aan zowel de koop- en verkoopzijde waardoor de range van de koers heel nauw wordt (en het dus uiteindelijk in de hoek van de triangle-formatie verdwijnt) en tevens het volume afneemt. Je zou het zelfs zo kunnen voorstellen dat de supply- lijn (aanbod) en de demand-lijn (vraag) elkaar opzoeken totdat een break-out plaatsvindt en de koers haar weg verder vervolgt.
Afbeelding 3: Triangle patterns
Ascending triangle
Laten we beginnen met de opwaartse driehoek oftewel een ascending triangle. Dit patroon is normaliter een bullish patroon en, net als de overige triangle patronen, vrij eenvoudig te herkennen. Het is overigens wel van belang dat voor dit patroon, of de andere triangle-patronen, een heldere trend zichtbaar is. Dit is uiteraard in tegenstelling tot de wedge-patronen die we zojuist bespraken en dat komt omdat triangles continuation patterns zijn. Inzicht in de richting van de onderliggende trend is dus van belang.
Afbeelding 4: Ascending triangle
In bovenstaande afbeelding is een ascending triangle weergegeven. Hoe ik het persoonlijk altijd voorstel is dat de koers een aantal keer probeert door een bepaald weerstandsniveau heen te komen, hier iedere keer niet in slaagt, maar tegelijkertijd wel een steeds kleinere retrace laat zien. Het momentum bouwt zich dus op als een soort van stuwmeer totdat de dam breekt en de koers door de bovenliggende weerstand breekt. In de praktijk zien we dan ook een flinke toename in het volume. Het mooie van een ascending triangle (en overigens ook van de descending triangle) is dat het niet alleen heel helder een entry-signaal geeft maar tevens ook een exit-moment geeft. Het entry-signaal ligt voornamelijk bij een break-out door de bovenliggende horizontale weerstand. Een trader kan vervolgens een stop-loss plaatsen net onder dit niveau in het geval de break-out een fake-out blijkt te zijn. Conservatieve traders kunnen ook long gaan op de re-test van de weerstandslijn die wordt gebroken bij een break-out van dit patroon. In de forex komt dit veel voor omdat de mate van professionele traders groter is en hier tevens veel meer liquiditeit is. Bij cryptocurrency zie ik een re-test niet vaak gebeuren en schiet de koers als gevolg van Fear of Missing Out (FOMO) vaak snel door. Zoals ik al zei biedt het patroon ook een exit en dat is de hoogte van het begin van de triangle. Deze hoogte wordt bij de weerstand opgeteld en vormt voor veel analisten het exit-signaal van dit patroon. Omdat dit patroon zo bekend en tevens goed te zien is, wordt dit patroon veelzijdig getrade. Hierdoor zien we vaak een sterke toename in het volume bij een break-out (veel stop-limit orders liggen op dit niveau) en zien we tevens een halt van de rally indien het patroon haar target exit heeft gehaald. Persoonlijk geef ik er de voorkeur aan om te zoeken naar een weerstandsniveau op de grafiek dat net onder het exit-niveau ligt van het patroon en daar de positie geheel of gedeeltelijk af te sluiten.
Descending triangle
Een descending triangle is uiteraard exact het tegenovergestelde van een ascending triangle en vindt plaats in een neerwaartse trend. Een hele duidelijk descending triangle zag je op de wekelijkse grafiek van bitcoin (BTC) in 2018. Hier vormde zich een hele grote descending triangle de rond de $6.000, die uiteindelijk ook naar beneden uitbrak tot een niveau van $3.500.
Afbeelding 5: Descending triangle
Afbeelding 5 geeft een descending triangle weer en hierop is duidelijk te zien hoe dit patroon het tegenovergestelde is van een ascending triangle. Wat er gebeurt is dat de koers een aantal keer support vindt op een bepaald niveau, maar dat de daaropvolgende rally steeds kleiner wordt totdat het support te vaak heeft moeten werken (lees alle kooporders op dat niveau zijn geabsorbeerd door de markt) en de koers door het support heen zakt. Het gevolg is dat enerzijds veel stop-losses voor longs worden geactiveerd (omdat die vaak strategisch onder een belangrijk support-niveau staan) en tegelijkertijd veel shorts worden geopend als gevolg van traders die de break-out van dit patroon traden. Wat betreft het openen van trades is dit uiteraard hetzelfde als bij de ascending triangle, alleen is de trade bij een descending triangle neerwaarts dus dient de trader short te gaan bij een break door het support-niveau met een stop-loss net daarboven. Een target voor dit patroon is ook gelijk aan die van de ascending triangle en dat is uiteraard de hoogte van het initiële patroon verminderd vanaf het support-niveau maar ook voor de descending triangle zou ik persoonlijk kijken naar een support-niveau net boven dit target om zodoende te voorkomen dat je niet wordt gefrontrunned.
Symmetrical triangle
Als laatste is er ook de symmetrical triangle (afbeelding 6). Symmetrische driehoeken komen veelal voor in markten waarin de trend niet zo sterk zichtbaar is als bij ascending en descending triangles, en daardoor zien we vaak dat de koers ook besluitelozer is en uiteindelijk in het midden van het patroon uitkomt. Een vuistregel is echter dat we vaak zien dat de richting waarop de koers een symmetrical triangle in gaat ook vaak de richting is waarop de koers de triangle verlaat.
Afbeelding 6: Symmetrical triangle
In bovenstaande afbeelding geldt dus dat de koers van de onderliggende asset vanaf de onderkant het patroon in ging (de trend was dus op dat moment bullish) en dat de koers bij een validatie van het patroon aan de bovenkant het patroon verlaat. Symmetrical triangles zijn iets lastiger te traden dan de ascending/descending triangles, omdat er meer onduidelijkheid heerst in de markt. Desalniettemin kan je long gaan (indien de koers het patroon van onderaf betreedt) bij een break-out van de bovenste trendlijn of indien de koers support vindt op de onderste trendlijn (voor de agressieve traders). Het exit-niveau is exact hetzelfde als bij de twee andere typen triangles en wordt bepaald door de hoogte van de initiële triangle, maar ook hiervoor geldt dat ik persoonlijk altijd kijk naar een dichtbij liggend weerstandsniveau. Indien de koers van boven naar beneden het patroon in gaat kan een trader een short openen bij een break-out door de onderste trendlijn of, indien de koers weerstand ondervindt bij de bovenste trendlijn, stop losses kunnen plaatsen net onder de betreffende trendlijn (indien long) of net boven de trendlijn (indien short).
Nawoord
Patronen zijn een belangrijk onderdeel van de technische analyse en wedges en triangles zijn binnen dit landschap veel gebruikte patronen. Hoewel patronen op zichzelf al heel veel informatie kunnen bieden is het in mijn optiek altijd belangrijk om synergie te zoeken met andere indicatoren. Hoe meer synergie des te hoger de waarde van het patroon. Zo is een falling wedge in combinatie met een bullish divergence op de Stoch-RSI een enorm sterke combinatie of een rising wedge in combinatie met een bearish divergence. Hoewel patronen enkel op basis van prijsactie tot stand komen, is het volumespel een belangrijk onderdeel voor het valideren en traden van deze patronen. Bij zowel de wedges als de triangles willen we een afnemend volume zien naarmate het patroon zich vormt en een toenemend volume bij de break-out. Indien het volume niet toeneemt bij een break-out is er vaak een grote kans dat we te maken hebben met een fake-out. Naast de zojuist beschreven patronen zijn er uiteraard ook nog vele andere interessante patronen zoals bullish/bearish flags en (inverted) head and shoulder-patronen maar die bespreken we een volgende keer.